boeken. gelezen. goedgekeurd.
Welkom bij Bibliomania, de online specialist in tweedehands boeken
FR  •  NL
Winkelmand
0
François Böhm 1801-1873
Gebonden / 260 bladzijden / uitgave 2006
taal (talen) : nederlands
uitgever : Stad Ieper
ISBN : 9076991103
EAN : 9789076991108
afmetingen : 286 (h) x 198 (b) x 23 (dk) mm
gewicht : 1100 gram
BESCHIKBAAR
als nieuw
29,95 EUR
referentie : 1014186
Alle prijzen zijn BTW inbegrepen
Jean François Emanuel Böhm wordt in leper geboren op 26 december 1801. Hij is de oudste zoon van een Poolse vader die hier met een meisje uit Waasten trouwde. Op 17-jarige leeftijd huwt François halsoverkop met de hoogzwangere kantwerkster Reine Verdoene. Nog geen twee maanden later ziet hun enige zoon, Auguste, het levenslicht. Vader en zoon zullen beiden een mooie carrière als kunstschilder uitbouwen.
In de járen twintig van de 19de eeuw komt François aan de kost als schilder. Nauwgezet en met veel succes volgt hij de avondlessen aan de Academie. Na eerste prijzen in de vakken ‘tekenen naar levend model’ (1824) en ‘compositie’ (1826) bekroont hij zijn opleiding in leper in 1828 met de prijs voor het vak ‘schilderkunst’. Hij voltooit in datzelfde jaar een belangrijke opdracht — een grote Christus aan het kruis voor de Sint-Martinuskerk van Roesbrugge — en vertrekt op aansporen van het bestuur van de Academie met zijn gezin naar Parijs om er verder te studeren. Hij leert portretkunst bij François Kinsoen, een Bruggeling die er furore maakt, maar werkt ook in de ateliers van historieschilder Léon Cogniet en landschapschilder Pierre Cicéri. Böhm legt zich toe op het portret en studeert in Parijs tot in 1838. Vanaf 1831 exposeert hij er heel regelmatig op de Salon. Het gaat meestal om kleine portretten van zowat 35 x 25 cm die ook wel miniaturen worden genoemd. Vanaf 1834 maakt hij hiermee naam en stromen de bestellingen toe. In de loop van 1838, op 37-jarige leeftijd, keert hij met zijn echtgenote voorgoed naar leper terug en vestigt zich er als volwaardig kunstschilder. Zijn zoon blijft nog dertig jaar in Parijs wonen. Hij wordt er opgeleid tot landschapschilder en bouwt daarna een succesrijke loopbaan in het genre uit.

Begin 1839 krijgt François Böhm zijn eerste grote opdracht van het stadsbestuur van leper: een levensgroot portret, ten voeten uit, van de eerste koning van het piepjonge België. Hij zet zich enthousiast aan het werk, maar zal het grote schilderij na de nodige problemen pas in 1842 kunnen leveren. Van een originele compositie is dan geen sprake meer : hij levert een kopie naar het werk van Franz Xaver Winterhalter uit 1840, er zorg voor dragend dat er toch enkele markante verschillen zijn.
In leper wordt Böhm al snel de belangrijkste portretschilder en tussen 1840 en 1865 heeft hij er vrijwel een monopolie. Zijn voorganger, Jean-Baptiste Autrique, wordt al een dagje ouder en generatiegenoot Jean-Joseph Delanghe vestigt zich al snel in Brussel. Vanaf 1855 zetten Louis Delbeke en Théodore Ceriez hun eerste stappen als portretschilder, maar ook Delbeke verhuist naar Brussel terwijl Ceriez pas vanaf 1865 belangrijke portretopdrachten binnenhaalt.

François Böhm legt een hele schare Ieperlingen voor hun nageslacht vast. Aanvankelijk gaat het om portretminiaturen, zoals die van het echtpaar Henri Coppieters - Marie Rycx en hun kinderen. Böhm produceert echter al snel ook grotere werken, zoals het mooie portret van de weduwe Marie-Joséphine Durutte-Demeezemaker. Zijn meest ambitieuze portret dateert uit 1854 en is bewaard gebleven: een portret op ware grootte van brandweercommandant Alphonse Vandenpeereboom in vol ornaat, met op de achtergrond een défilé van het Iepers brandweerkorps en een mooi panorama van de stad. Letterlijk en figuurlijk in ‘pompierstijl’... Ministers, burgemeesters, bisschoppen, pastoors, adellijke dames met hun kinderen, heren uit de hogere burgerij met hun zonen : ze willen [...]
gelijkaardige artikelen zoeken per categorie
gelijkaardige artikelen zoeken per onderwerp: